Het Kabinet vindt dat belastingfraude moet worden aangepakt. Vorige maand zette staatssecretaris van Financiën, Eric Wiebes, een aantal maatregelen uiteen tegen internationale belastingontduiking, het witwassen van geld en het financieren van terrorisme. Belangrijke speerpunten in de aanpak van belastingontduiking zijn de verbetering van inlichtingenuitwisseling en het vergroten van transparantie. De Vierde Anti-witwasrichtlijn wordt gedragen door deze beginselen en zorgt voor een verplichte doorkijk naar de uiteindelijk belanghebbenden van een onderneming die een financiële rekening aanhoudt. In dit kader hebben de Europese Raad en het Europees Parlement in mei 2015 de Vierde Anti-witwasrichtlijn aangenomen. De implementatie zorgt voor grote veranderingen binnen wet en regelgeving in Nederland, waaraan financiële ondernemingen zich dienen te houden. Zo zal Nederland uiterlijk op 26 juni 2017 aan de richtlijn moeten voldoen en de Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme (Wwft), de wet waarin de Europese anti-witwas-regelgeving is geïmplementeerd, hebben aangepast. De tendens is dat de regelgeving gedetailleerder wordt en meer verplichtingen aan de Wwft-instellingen oplegt. Deze tendens brengt mee dat een risicoanalyse voor de instelling die onder de richtlijn valt noodzakelijk is bij het bestrijden van belastingontduiking. Dat uit zich onder meer in het toenemen van verscherpt cliëntenonderzoek. Op grond van de Wwft zijn instellingen zoals banken, makelaars en advocaten verplicht om cliëntenonderzoek in te stellen naar de uiteindelijk belanghebbende, de ultimate beneficial owner (UBO). U bent een UBO, wanneer u de uiteindelijke eigenaar van een organisatie bent, u de zeggenschap over een organisatie heeft of u meer dan een kwart van het aandelenkapitaal houdt. De instellingen moeten zorgdragen voor de identificatie en registratie van hun cliënten. Zij moeten bovendien ongebruikelijke transacties melden, zodat verdachte transacties kunnen worden opgespoord. De belangrijkste wijziging die de Vierde Anti-witwasrichtlijn toevoegt aan de verplichting om UBO’s te identificeren en registreren, is de oprichting van een nationaal register, het centraal UBO-register. Dit register zal de natuurlijke persoon, die uiteindelijk begunstigde is, gaan registreren, evenals zijn nationaliteit, geboortemaand en -jaar en de aard en omvang van het gehouden belang. Met deze ontwikkelingen hoopt de Belastingdienst haar informatiepositie verder te verstevigen, in de strijd tegen criminelen die hun identiteit achter een vennootschappelijke structuur verbergen. Daarentegen lijkt de ruime definitie van UBO met zich mee te brengen dat veel ondernemingen die een financiële rekening aanhouden een UBO zullen hebben, dat zorgt voor een zware belasting van de praktijk van onder andere makelaars en advocaten bij het documenteren van uiteindelijk belanghebbenden. Bovendien kan het register in de praktijk leiden tot een inbreuk op de privacy. Het openbaar toegankelijk maken van persoonsgegevens en de woonplaats van eigenaren van bedrijven kan leiden tot ‘een nieuwe Quote 500-inbrekerslijst’, aldus ondernemingsorganisaties. De gevoelens van onveiligheid kunnen er zelfs toe leiden dat ondernemingen zullen overwegen zich in het buitenland te vestigen of op zoek zullen gaan naar een nieuwe bedrijfsvorm, om de opname in het nieuwe UBO-register te omzeilen. In uitzonderlijke situaties wil men de toegang tot deze informatie kunnen beperken. Gedacht wordt aan situaties waar het risico op ontvoering of chantage bestaat. De UBO zal dan zelf bezwaar moeten aantekenen. Of minister van Financiën Dijsselbloem dit voor ogen had, moet nog worden bezien. Het register zal uiterlijk op 26 juni 2017 zijn geïmplementeerd. Het is nog niet bekend of de informatie bij de implementatie van het register moet worden aangeleverd of dat er een overbruggingstermijn voor belanghebbenden zal gelden. Dit zal de toekomst moeten uitwijzen. Gelet op de ingrijpende gevolgen die de invoering zal hebben, raden wij u, als uiteindelijk belanghebbende, aan al in een vroeg stadium bezwaar aan te tekenen, zodat de toegang tot uw persoonsgegevens wordt beperkt. Mocht u vragen hebben over wat het UBO-register voor u gaat betekenen, wat u kunt doen om succesvol bezwaar te maken en welke manieren verder bestaan waarop uw privacy kan worden gewaarborgd, dan horen wij graag van u.